Home » 2015 » februari

Maandelijkse archieven: februari 2015

Sint Nicolaas

NATUURRECHT

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

21 februari 2015

Wat Mensenrechten zijn weten we. We worden ermee geboren. Natuurrecht daarentegen, moeten we verwerven nadat we de jaren des verstands hebben bereikt. Met die woorden besluit MACHTELD ALLAN, rechtsfilosofe en arabiste, haar voordracht.

‘Natuurrecht’, schrijft ze in een begeleidend essay, ‘is een ongeschreven, onveranderlijke, universele, morele standaard die door elk rationeel wezen gevonden kan worden in de “natuur”, waarmee zowel de menselijke natuur is bedoeld, als de natuur om ons heen.’

Voor die standaard moeten we terug naar de filosofen Plato en Aristoteles. De eerste nam vormen of archetypen aan die in de eeuwigheid bestaan en waarvan de afzonderlijke dingen die wij waarnemen zijn afgeleid. De tweede, beschouwde die vormen als inherent aan de werkelijkheid die wij waarnemen, als ideeën in ons hoofd. Zo kunnen we spreken van het “wezen der dingen”.

Dat wezen of die essentie ligt buiten het bereik van de wetenschap, volgens de moderne filosofie. Wij kunnen niet verder zien dan de verschijningsvormen. Zo ontstond, sinds Immanuel Kant, de scheiding tussen Geloof en Rede, of tussen Godsdienst en Wetenschap. Of fundamenteler nog: tussen Bovennatuur en Natuur. Werden ze vroeger als eenheid gezien, voortaan bestreken ze gescheiden gebieden.

In de Middeleeuwen, tot en met de zeventiende eeuw, waren er twee boeken die tot ware kennis leidden, het Boek dat de Bijbel heet en het Boek van de Natuur. De weg van het Openbaring en de weg van het wetenschappelijk onderzoek voerden naar hetzelfde doel. Niet alleen door de biografie van de Kunstenaar, maar ook door diens werken kunnen wij een beeld krijgen van de Kunstenaar. Zo dacht Thomas van Aquino. Door het goede te doen, delen wij in het weten van God, en binnen dat weten ligt het Natuurrecht. Natuurrecht is dus een metafysisch begrip, en dat is de reden waarom onze materialistische tijd er moeite mee heeft.

Sinds medio achttiende eeuw heeft de Metafysica – de verklaring van de Natuur vanuit de Bovennatuur – het veld moeten ruimen. De natuur werd voortaan uit de natuur verklaard – wat strikt gesproken onzin is. Met het positivisme begon de heerschappij van de zintuiglijke waarneming als enig criterium voor wat wij kunnen weten, ofwel: het enige wat geldt, is wat proefondervindelijk voor iedereen kan worden vastgesteld. Anderzijds vluchtte de Godsdienst in een eigen burcht, los van de werkelijkheid en haar rationele bestudering.

De Mensenrechten zijn een puur menselijk bedenksel, gebaseerd op onderlinge afspraken. Ze hebben geen reëel bestaan – geen vorm of wortel in de eeuwigheid -, hoewel ze, in wezen, voor een deel, zijn afgeleid zijn van het Natuurrecht. Maar de moderne mens of wetenschapper erkent die afleiding niet. Voor hem is het goede een relatief en subjectief begrip. Wat voor de ene geldt, hoeft niet te gelden voor de ander.

De mens in thomistisch-aristotelische zin is door participatie in, en getuigenis van het goede geroepen om zichzelf te actualiseren of te realiseren, mens te worden zoals de mens bedoeld is. Door te delen in het goddelijke, en daaraan uiting te geven komt hij tot waarheid. De moderne filosoof acht waarheid een door tijd en plaats en individu bepaald veranderlijk iets. Voor Thomas is waarheid absoluut, en kenbaar in de vorm of het wezen der dingen.

Wij bestaan voor zover we deel hebben aan een absolute vorm, om met Plato te spreken. We zouden ook met Paulus kunnen zeggen dat wij nu zien als in een donkere spiegel, maar dat we eens zullen kennen zoals wij zijn gekend. Zoals wij zijn bedoeld.

In het dagelijks taalgebruik hebben wij het over een “echte” rechter, een “echte” dokter, een “echte” leraar en zo. We bedoelen het ideaal. Dat zien we misschien niet om ons heen, maar we geloven desondanks dat het “echte” in zijn verschillende vormen bestaat. Dat is wat Thomas van Aquino bedoelt. De norm is de vorm, en de vorm is het absolute, objectieve. Zo is de ziel de vorm van het lichaam.

Het katholieke christendom heeft het Natuurrecht bewaard door het harmonische samengaan van natuur en bovennatuur. De protestantse christen baseert zich in principe hoofdzakelijk op de Openbaring. En de islam kent doorgaans een verre, grillige God die zich niet aan zijn eigen wetten hoeft te houden, zodat het Boek van de Natuur buiten beschouwing blijft, maar elk wissewasje aan Gods Almacht wordt toegeschreven.

De Menswording Gods is de hoeksteen van de participatie-leer. Het Woord is vlees geworden, en het heeft onder ons gewoond. En door het Woord is alles in het bestaan geroepen. En zo ontdekt men door het bestuderen van de Natuur kenmerken en eigenschappen van haar Maker. Zo zien wij in elke mens het goddelijke. Want naar Zijn beeld en gelijkenis is de mens geschapen.

Natuurrecht bestaat alleen in de ongesplitste werkelijkheid waarin de mens deel heeft aan God. Haar vijand is het ethisch relativisme.

de voorzitter