Home » 2014 » februari

Maandelijkse archieven: februari 2014

Sint Nicolaas

CHRISTENEN IN SYRIË

Dr. Polycarpus Augin Aydin
Dr. Polycarpus Augin Aydin

Dr. Polycarpus Augin Aydin is aartsbisschop van de Syrisch-Orthodoxe kerk in Nederland. Zijn standplaats is in Twente, waar de meesten van de ongeveer 20.000 Syrische christenen in Nederland wonen. Er zijn daar acht parochies, en er is een klooster gewijd aan Sint Ephrem. Amsterdam telt drie parochies.

Gewoonlijk ziet men twee grote tradities, het Griekse Oosten en het Latijnse Westen. Maar er is een derde traditie, de Syrisch Oosterse. De eerste twee zijn gesitueerd in Europa. De Syrische echter, is geworteld in het gebied waar het christendom oorspronkelijk vandaan komt. In Syrië bestaat nog, locaal, het Aramese dialect, de taal die sterk verwant is aan het Galilese dialect, waarin Jezus en de apostelen hebben gesproken. De denkwereld van het Aramees is Semitisch, met inbegrip van de symboliek, de beeldspraak en de parabels die Jezus gebruikte. De Syrische traditie staat dus heel dicht bij de bron. Dat betekent niet dat zij rivaliseert met de Griekse en de Latijnse. Ze is veeleer een waardevolle aanvulling. Wat de drie met elkaar gemeen hebben, is het belangrijkste.

Vanaf het begin had het Syrische christendom een missionaire drijfveer. Haar missionarissen brachten het Evangelie naar het Verre Oosten, naar India, Mongolië, Tibet en China. Al in de zesde eeuw vestigden zij het christendom in dat laatste land. De Syrische missionarissen hulden het in de plaatselijke confucianistische vormen om het ingang te doen vinden bij de Chinezen. De kerkgebouwen bijvoorbeeld, kregen het uiterlijk van Chinese tempels. Alleen  aan het kruis erboven en aan het interieur kon men zien dat het om christelijke kerken ging.

Een ander belangrijk kenmerk van de Syrische traditie is haar corpus van liturgische teksten, die teruggaan op de kerkvaders van het Oosten, zoals Sint Ephrem e.a. De teksten zijn vaak gegoten in poëtische vorm. Tegenwoordig vindt men dat de geloofswaarheden of de christelijke mysteriën beter tot hun recht komen in gedichten. Ephrem de Syriër bijvoorbeeld, kerkvader en theoloog, kan als dichter in een adem genoemd worden met Dante Alighieri. Hij schreef hymnen die werden gezongen door het koor in de kerk. En ook door vrouwen, moeders die waardig werden geacht God eer te bewijzen met gezang.

In het Oosten heb je ook de Armeens-Orthodoxe kerk, de Koptisch-Orthodoxe kerk , de Orthodoxe kerken van Ethiopië en Eritrea, en de kerken in India. De Syrisch-Orthoxe kerk bestaat niet alleen in het Midden-Oosten, in Syrië, Irak, Libanon, Palestina, maar ook in het Westen, in Zweden, Duitsland, Nederland, België, Zwitserland, Oostenrijk, Noord en Zuid Amerika, Australië, Nieuw Zeeland, en in India (Kerala).

Syrië heeft 22 tot 23 miljoen inwoners. Arabisch is de voertaal, maar er wordt ook Aramees, Armeens, Turks en Koerdisch gesproken. De meeste moslims zijn soennieten, verder zijn er sjiieten, alawieten, en een procent drusen. Tien procent van de bevolking bestaat uit christenen, zowel van de Grieks-Orthodoxe traditie die lang het Syriacs als taal hebben gebruikt, als van de Melkitische met Rome gelieerde traditie. Voorts zijn er van de Armeense en Syrische-Orthodoxe traditie. En dan zijn er nog protestantse en evangelische kerken. Antiochië was de hoofdstad van het oude Syrië. Dat was de stad waar de volgelingen van Jezus voor het eerst christenen werden genoemd. Het moderne Syrië is ontstaan na de Eerste Wereldoorlog, en in 1946 kwam de Baath Partij aan de macht met Hafiz Assad. En de christenen speelden een sleutelrol in de creatie van de Arabische beweging en de Arabische staten. Voor de christenen is vooral Damascus van belang omdat daar de bekering van de apostel Paulus plaatsvond. Syrië is dus de wieg van het christendom.

Wat te zeggen van het conflict dat we tegenwoordig in Syrië zien. In de Middeleeuwen overheerste het Geloof. In de moderne tijd, in onze tijd, overheerst de Economie. En de Economie is de voornaamste factor in de verhoudingen tussen de mensen, op het gebied van de wereldpolitiek. Ooit torenden de kerken boven alle huizen en gebouwen uit; thans domineren de banken de skyline. De zogeheten Arabische Lente in het Midden-Oosten heeft een economische oorsprong. Daarnaast zijn er historische en politieke factoren. Wat de islam betreft, is er wrijving tussen de soennieten en de sjiieten. En vaak is de macht in handen van de minderheid. In Irak bijvoorbeeld, is de meerderheid sjia, terwijl de macht in handen was van de soennieten. In Syrië had je precies het omgekeerde. De alawieten, tot de sjia behorend, vormden slechts twintig procent van de bevolking, maar ze hadden wel de macht. Dit schept gevoelens van onbehagen, die bovendien worden gevoed door andere landen in de omgeving. Saoudi-Arabië is soenni, en Iran is sjia, en die twee groepen vechten om de hegemonie in het Midden-Oosten. Ook controle over de heilige plaatsen van de moslims vormt een reden voor spanning. Turkije is overwegend soenni, en dan zijn er nog de emiraten en Israël. Al met al, een conflictueuze situatie van economische, sociale en geografische aard, waarbij ook de grootmachten Amerika, China en Rusland een rol spelen. Syrië is van strategisch belang, en gelieerd met Iran. Dat laatste steekt Amerika omdat Rusland en China Syrië en Iran steunen.

Hoe zit het met de christenen in het Midden-Oosten. Bij de mensen in het Westen bestaat daarover onwetendheid. Ze beseffen te weinig dat het christendom in het Oosten is geboren, terwijl ze er niet aan twijfelen dat het jodendom en de islam daar zijn ontstaan. Maar alle drie de religies hebben een semitische oorsprong, en hebben zich allereerst in het Midden-Oosten verspreid. Maar wat is er met de christenen daar in onze tijd gebeurd? Dat is het eigenlijke onderwerp van deze uiteenzetting. De rol van de christenen in het Midden-Oosten, in politiek, economisch en sociaal opzicht is in de 20ste en 21ste eeuw steeds verder gemarginaliseerd, mede als gevolg van de toenemende vijandigheid rondom hen. Zowel moslims als joden hebben de neiging de christenen een pro-Westerse agenda te verwijten ten koste van de plaatselijke belangen. En dit, ondanks het feit dat de christenen altijd in het Midden-Oosten hebben gewoond, en cultureel en sociaal in belangrijke mate hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van de eigen regio. Dat laatste is iets wat westerse christenen te weinig beseffen, zoals ze evenmin weet hebben van de diversiteit van de verschillende christelijke kerken in het gebied. Het oosterse christendom wordt te vaak in verband gebracht met het Griekse christendom en dat van Oost Europa.

De Syrische christenen vormden ooit een brug tussen de Grieken en de Arabieren. Het waren Syrische geleerden die de Griekse filosofie vertaalden in het Syrisch en later in het Arabisch. En toen de Arabieren doordrongen in Andalusië kon de Griekse filosofie verspreid worden over heel Europa, waardoor de grondslag werd gelegd voor wat de Renaissance zou heten. De bijdrage van de Syrische christenen aan de Arabische wereld wordt bevestigd door Arabische bronnen. Het belang van de Arabische christenen verdient meer aandacht. In de Middeleeuwen verschaften zij de moslims toegang tot het Griekse erfgoed. Gedurende het verval van de Arabische beschaving hielpen zij het Arabische erfgoed door te geven aan de tijd daarna, en zodoende voor verdwijning te behoeden. In de 19e en 20ste eeuw hielpen zij de overgang van de Arabische wereld te bevorderen vanuit traditionele naar moderne tijden. Zo hebben zij aanzienlijk bijgedragen aan de stichting van de moderne Arabische staten. In Irak bijvoorbeeld, was het eerste instituut voor hoger onderwijs een creatie van de jezuïeten, en het stond open voor zowel de christelijke als de islamitische elite. Later werden de jezuïeten uitgewezen door het regime. In Libanon waren de christelijke maronieten de grondleggers van het hoger onderwijs. Zij waren de eersten die een lexicon van de Arabische taal samenstelden, kranten en boeken uitgaven, de Arabische wereld geest gaven. In het verleden bestond er een culturele uitwisseling en vreedzame coëxistentie tussen de Arabische christenen en de Arabische moslims en de joden. In de 9e eeuw hadden de sultans in Damascus en Bagdad tamelijk vaak christelijke artsen, en ze omringden zich met christelijke geleerden en vertalers. Soms werden christenen zelfs vizier van de sultan.

Als we nagaan hoe belangrijk de bijdrage van de Arabische christenen in het Midden-Oosten is geweest, kunnen we ons afvragen waarom ze nu zo gemarginaliseerd en vervolgd worden. In Palestina, een staat waaraan de christenen veel hebben gegeven, is de situatie thans zo slecht dat vaders hun zonen die in het Westen gaan studeren aanraden om maar liever daar te blijven. In Irak waren christenen die prominente posities innamen op de terreinen van het onderwijs en de zakenwereld. Maar sinds uit uitbreken van de oorlog (2003) kwam daar snel een einde aan. De christenen hadden er genoeg van om aan kant geschoven te worden, of uitgebuit, gediscrimineerd, of gemangeld tussen de strijdende partijen. Ze hadden altijd hun land gediend, en nu mochten ze het ergste vrezen. Ze vertrokken liever naar elders.

En zo is het aantal christenen in het Midden Oosten sterk dalende. De kerkelijke leiders zien de exodus met lede ogen aan. Het christendom was immers geboren op de plaats waar het nu hoe langer hoe meer verdween. De christenen zouden moeten blijven, om ter plaatse van Christus te getuigen en locale gemeenschappen mee op te bouwen. De Internationale Gemeenschap zou zich moeten inspannen om de aanwezigheid van christenen in de regio te garanderen als burgers met alle rechten die daarbij horen. En in het Westen zou hieraan meer aandacht gegeven moeten worden. Helaas worden christenen in het Midden-Oosten door extremistische groeperingen gezien als een obstakel voor hun plannen. De zogeheten Arabische Lente, pluralisme en democratie vinden die groeperingen gevaarlijk.

Syrië is er tegenwoordig bijzonder slecht aan toe. Neem de gijzeling van de twee aartsbisschoppen van Aleppo, en Alexandretta en Antiochië (in Turkije). Tot op heden is er niets van hen gehoord. Ook zijn er een aantal nonnen gegijzeld, die nog steeds niet zijn vrijgelaten. En dan is er een jezuïet in Marmousa die de dialoog bevorderde tussen christenen en moslims en die is gevangen genomen, en volgens sommigen geëxecuteerd. Velen hebben hun leven verloren, of ze zijn gedwongen te verhuizen. Vele kerken en heiligdommen zijn vernield. Niet alleen christenen, maar ook anderen zijn op de vlucht geslagen. Het aparte van de christenen is echter dat ze vaak klem raken tussen de strijdende partijen. Er waren honderd gezinnen die Irak na 2003 waren ontvlucht en die in Damascus waren neergestreken denkend dat ze in Syrië veilig zouden zijn. Ze hebben daar een eigen kerk gebouwd, maar twee jaar later moesten ze ook dat land verlaten.

Kan er iets gedaan worden voor de toekomst van die landen en van de christenen? Dat zal voor een groot deel afhangen van de grootmachten, want we leven nu in een wereld waarin alles steeds meer met elkaar te maken heeft. We moeten hopen dat vreedzaam samenleven van de verschillende godsdiensten in de toekomst weer mogelijk zal zijn.

 

Vragen:

–          Rusland biedt asiel aan 50.000 christenen. Dat is toch goed nieuws?

–          Nou ja, Rusland speelt ook een politiek spel. Als het inderdaad alleen om de christenen zou gaan, ja, dat zou heel mooi zijn.

 

–          Waarom houdt het Westen geen rekening met de belangen van de christenen?

–          Ook dat heeft politieke oorzaken. Het Westen, en ook Israël hebben belang bij de creatie van een Koerdische staat in het gebied verspreid over Turkije, Syrië, Irak en Iran die als buffer dient voor Israël.

 

–          Waarom gaan er geen christenen vechten in Syrië tegen de jihadisten?

–          De Koran moedigt aan tot strijd. Ook het Oude Testament. Maar de joden zouden nooit bomgordels omdoen, zichzelf opblazen. Laat staan dat christenen daartoe overgaan. Waarom moslims het wel doen? Daar zitten economische redenen achter, maar ook het geloof dat ze door zich op te blazen het paradijs zullen beërven. Christenen zoeken alleen vreedzame coëxistentie. We hebben uiteindelijk dezelfde God, en sinds de oprichting van de Wereldraad van kerken in 1948 zoeken christenen meer hun overeenkomsten dan hun onderlinge verschillen. We moeten als christenen niet alleen openstaan voor elkaar, maar voor alle mensen. Er was een tijd dat de aartsbisschop van Syrië en de groot-moefti van de moslims vriendschappelijk met elkaar omgingen. Maar volledige vrijheid was er niet door toedoen van fundamentalisten die nog niet klaar zijn voor de dialoog. Zij voelen zich te zeer door het Westen bedreigd. Ze zijn bang om hun identiteit te verliezen.

de voorzitter